Woldragers

Herkomst:
     • Centraal azie, 15e eeuw
Kenmerken:
     • warmrode koppen, sober ras
     • de wol is romig vlaskeurig
Woleigenschappen:
     • middellange vezels
     • vezeldikte 24-30 mu (vrij fijn)
     • glansrijke wol, bevat lichte kemp
Wolbewerking:
     • fijne wol om mee te spinnen
     • de viltkwaliteit is redelijk
    

Herkomst:
     • België, eeuwenoud landras
Kenmerken:
     • opvallende dieprode kop en poten
     • vlaskleurige wol
Woleigenschappen:
     • middellange, sluike vezellengte
     • vezeldikte 26-34 mu (vrij grof)
     • vrij van kemp
Wolbewerking:
     • spint prima
     • wolsoort met goede viltkwaliteiten

Herkomst:
     • oud en primitief Engels bergras
Kenmerken:
     • typische dassenkop kleur
     • de wolkleur is vlaskleurig
Woleigenschappen:
     • middellange tot lange vezel
     • vezeldikte is 26-34 mu (vrij grof)
     • fijne crimp, bevat kemp
Wolbewerking:
     • mooi spinbare wol
     • vilt goed, kost wel energie

Herkomst:
     • Engeland, 20^e-eeuws bergras
Kenmerken:
     • taai ras met witte bleskop
     • grijszwarte wol met iets bruine gloed
Woleigenschappen:
     • vrij korte, zachte vezels
     • vezeldikte is 28-32 mu (vrij grof)
     • bevat kemp in geringe mate
Wolbewerking:
     • mooie spinwol
     • prima te vilten woltype

Herkomst:
     • eeuwenoud Sloveens landras
Kenmerken:
     • primitief en sober kudderas
     • overwegend ivoorwitte wolkleur
Woleigenschappen:
     • lange tot zeer lange vezels
     • vezeldikte 35-40 mu (grof)
     • kemprijke vezels
Wolbewerking:
     • aangename spinwol ondanks prik
     • plezierig te vilten woltype

Herkomst:
     • België, 19e-eeuws melkras
Kenmerken:
     • hoge melkproductie
     • ivoorwitte wolkleur
Woleigenschappen:
     • lange en glansrijke vezels
     • vezeldikte 25-33 mu (vrij fijn)
     • fijne crimp en geheel kempvrij
Wolbewerking:
     • prettig werkende spinwol
     • dit woltype is goed te vilten

Herkomst:
     • 19^e-eeuws Duits heideschaap
Kenmerken:
     • groot ras met vlekken op de kop
     • ivoorwitte wolkleur
Woleigenschappen:
     • vrij grove, lange vezels, sluik
     • vezeldikte 30-36 mu (vrij grof)
     • bevat kemp, mooi lichtgetinte wol
Wolbewerking:
     • prima bruikbaar voor interieurwol
     • uitstekende viltkwaliteit

Herkomst:
     • Alpengebied, eeuwenoud bergras
Kenmerken:
     • statig uiterlijk met flinke hangoren
     • wol is wit, cognac, bont en zwart
Woleigenschappen:
     • zachte, lange vezels, sluik
     • vezeldikte 32-40 mu (grof)
     • iets kemprijke vezels
Wolbewerking:
     • uitstekend te spinnen
     • deze wol vilt heel goed

Herkomst:
     • Frankrijk, 19^e-eeuws landras
Kenmerken:
     • donker lijf met lichte woluitgroei
     • de wolkleur is naturel zilvergrijs
Woleigenschappen:
     • vrij beperkte vezellengte
     • vezeldikte 22-28 mu (vrij fijn)
     • de wol bevat enige kemp
Wolbewerking:
     • redelijk goed te spinnen woltype
     • aardige kwaliteit viltwol

Herkomst:
     • Engels primitief bergras, erg oud
Kenmerken:
     • echt gitzwart, ook de huid
     • zwarte wolkleur
Woleigenschappen:
     • redelijk zacht, middellang
     • vezeldikte 32-40 mu (grof)
     • bevat kemp
Wolbewerking:
     • redelijke spinwol, wel prik
     • uitstekende viltkwaliteit

Herkomst:
     • Nederlands vleesras uit 20^e eeuw
Kenmerken:
     • ontstaan als kleurmutant
     • wolkleur is bruingrijs, veel variatie
Woleigenschappen:
     • zachte, middellange vezel
     • vezeldikte 28-36 mu (vrij grof)
     • geheel vrij van kemp, draagbaar
Wolbewerking:
     • prachtige, zachte spinwol
     • dit woltype vilt maar matig

Herkomst:
     • Frankrijk, 20^e-eeuws vleesras
Kenmerken:
     • haarloze grijze huid op kop
     • ivoorwitte wolkleur
Woleigenschappen:
     • vezellengte is middellang
     • vezeldikte 26-31 mu (vrij fijn)
     • vrij van kemp met faaie crimp
Wolbewerking:
     • fraaie, glanzende spinwol
     • een goed te vilten woltype